Details
61 p.
Besprekingen
NBD Biblion
Trouw
Deze regels van Starik schieten me vaak door het hoofd als ik weer eens de douche sta te schrobben. Je maakt de badkamer schoon bij kunstlicht, / poetst ondertussen je tanden, bestudeert je gezicht, / neemt in de blinkende spiegel scherp de verwoestingen waar / die de tijd ook aan jouw gebit aanricht.
Een gedicht over schoonmaken en tandenpoetsen, of nee, over het leven, dat nu eenmaal voor een flink deel wordt opgeslokt door dagelijkse beslommeringen, dat net zo snel afgelopen kan zijn als tandpastaresten door de afvoer zijn verdwenen.
F. Starik overleed in maart 2018. Bij het opruimen van zijn woning vond zijn geliefde Vrouwkje Tuinman onder meer eindeloze hoeveelheden schuurmiddel en sponsjes. "Je bezat alles / wat een mens tegen vuil kan inzetten, zonder iets ervan / te gebruiken. Schuurmiddel, teerzeep, ontstopper", schrijft ze in 'Lijfrente'. Een bundel rouwpoëzie. Die kwalificatie doet wat zwaar aan, maar de gedichten zijn dat niet.
Intiem zijn ze wel, Tuinman durft de lezer toe te laten. Ze geeft hem een kijkje in haar leven met Starik - dat ze bijvoorbeeld op vakantie elk jaar alles hetzelfde deden. Vertelt hoe ze schoenen uitzocht voor in de kist en op het laatst vergat nog één keer naar zijn voeten te kijken. Of dat ze haar dementerende schoonmoeder bezoekt, en er even de illusie kan bestaan dat haar geliefde er gewoon nog is.
Weet je wat fijn zou fijn?
Nou, zegt schoonmoeder.
Als F nu ook de tuin in komt lopen.
Maar dat zit er misschien niet in, aarzelt ze. Toch?
Ingehouden notities zijn het, waarin taal als vliesdun laagje is gelegd over het onbevattelijke gemis. Een klein duwtje en de tranen zouden uit de regels spatten, maar Tuinman is de huilbui steeds net voor. En dat komt ongetwijfeld doordat ze in alle verdriet oog houdt voor ongerijmde situaties, voor kleine absurde momenten. Zo'n moment beschreef ze vorige week al in deze krant, over de nauwe gang met het bureau en hoe haar geliefde, toen hij werd weggedragen door de ambulancebroeders, precies tegen dat bureau zijn hoofd stootte - het is ook te lezen in 'Lijfrente'. Zoals er, terwijl zij eigenlijk de klusjes in huis deed, een verlangen in doorklinkt om zich postuum een afhankelijke vrouw te tonen. Om weer even 'mijn man' te kunnen zeggen.
Het maakt dat je tijdens het lezen nooit denkt dat het allemaal té dichtbij komt. Humor en lichtheid als helende kracht. Had het anders gekund, als je samen zo gelachen hebt?
"De buurvrouw op de tuin vertelt wat ze het meeste mist aan jou. Dat we de hele dag zaten te lachen. Het hele weekend werd er geschaterd. Ze wist, aan de andere kant van de heg, niet waarom, en dat hoefde ook niet, het gelach was genoeg. En ik maar denken dat we altijd stil zaten te lezen."
Cossee; 64 blz. € 19,99.