Verbruikt licht : een boek
Verbruikt licht : een boek
Details
152 p.
Crititques
De Standaard
Aan haar keukentafel zet een vrouw de kookwekker op 1 minuut en dwingt zichzelf te visualiseren dat drie van haar vrienden in die tijd vergast worden. Ze herhaalt de oefening, deze keer zet ze de kookwekker op 10 minuten en stelt zich voor hoe dertig mensen die ze kent ongenadig de dood worden ingejaagd.
Het is slechts een van vele achteloze exercities in wreedheid die de verteller in Verbruikt licht zichzelf oplegt. Opvallend genoeg is het de kookwekker die deze denkoefening in gang zet. Nadat hetzelfde object eerder al associaties had opgeroepen met bomaanslagen door de IRA, en haar de fantasie opdrong om de magneetwekker aan de onderkant van de auto van de buurman te bevestigen, “gewoon om te proeven hoe het is om angst te zaaien”. Geweld, zo weet de lezer op dat punt inmiddels, eist een centrale rol op in het leven van de vrouw.
Aan de hand van beschrijvingen van huis-, tuin- en keukenmateriaal overschouwt de verteller haar leven. De herinneringen ontsporen bij elk object opnieuw, alsof Proust zijn madeleine in lsd sopt. Verbruikt licht is een boek van excessen. Beschrijvingen van geweldsdelicten, oorlogen en verkrachtingen volgen elkaar in sneltempo op. Een pepermolen roept associaties op met een handgranaat, drie zwarte slipjes op een radiator vormen samen Hitlers kapsel. De beeldspraak is overstuur, verziekt. De onmacht die misschien wel spreekt uit elke metafoor - we roepen een beeld in om een ander beeld duidelijker te krijgen - wordt door Lara Pawson uitvergroot.
Grove middelen
De excessen in Pawsons taal weerspiegelen de uitwassen van de westerse wereld. In Verbruikt licht brengen ogenschijnlijk vrije associaties verbanden in kaart die we vergeten of negeren. Haar telefoon is een “piepklein stukje Congo” en roept herinneringen op aan een stadje “waar kleuters kobalt uit stenen bikken”. Elk object is zwanger van betekenis, weinig huisraad blijft onschuldig.
Verbruikt licht is ostentatief géén roman. Zijn het memoires? Is Pawson de verteller? Dat ze lang werkte als oorlogsverslaggever - een biografisch detail vermeld op de omslag - echoot bij het lezen. “Wat had ik moeten meemaken om zo wreed te worden?”, klinkt het nadat ze zich heeft voorgesteld hoe het voelt om gefolterd te worden en om zelf te folteren. Soms droomt ze ervan zelf de eigenschappen van een ding te belichamen. “Effectief zijn, zonder aangedaan te zijn. Aanwezig zijn, maar niet betrokken.” Dit is een boek over trauma's. Misschien niet eens louter persoonlijke trauma's. De schrijver tracht het leed van de hele wereld in de huiskamer te passen.
Haar aanpak haalt ze bij de architect Louis Kahn. “Die geloofde dat een kamer iets religieus is, dat een kamer een wereld binnen een wereld is. Hij geloofde dat we allemaal bestaan uit verbruikt licht.” Het tweede deel van dat citaat geeft Pawson niet mee: “Wat van licht is gemaakt, werpt een schaduw, en de schaduw behoort tot het licht.”
Pawson toont ons de donkere zijde van de objecten die ons omringen. De lezer louter een geweten schoppen, is haar te min. Zij zet grovere middelen in. De opeenstapeling van onuitwisbare beelden roept associaties op met het doomscrollen van nieuwsberichten, met dat verschil dat de woorden van Pawson onder de huid kruipen.
LARA PAWSONVerbruikt licht Vertaald door Lisette Graswinckel. Koppernik, 160 blz., € 22,50. Oorspr. titel: 'Spent light'
Knack
Oorlogsverslaggevers kijken anders naar de wereld. Van 1998 tot 2000 bracht BBC-journalist Lara Pawson verslag uit van de burgeroorlog in Angola, een gruwelijk conflict dat naar schatting een half miljoen mensenlevens heeft gekost. Pawson was ook correspondent in Ghana en Ivoorkust, en woonde een poos in Zuid-Afrika, maar nu resideert ze weer in het brave Londen.
Toch heeft de oorlog haar nooit verlaten, het geweld staat in haar ziel geëtst. Dat merk je in Verbruikt licht, een boek dat het midden houdt tussen memoires en fictie. De openingspassage zet meteen de grimmige toon. Het schijnbaar burgerlijke fragment gaat over haar buurman Reg met wie ze sporadisch een praatje slaat – even over het weer kletsen, even kouten over de politiek en de slakkenplaag in de moestuin. Regelmatig verwijst Reg naar zijn vrouw, die altijd buiten beeld blijft. Tot op de dag dat er een verhuislift op zijn stoep parkeert. Lara begrijpt meteen hoe laat het is: de vrouw van Reg is overleden en nu gaat hij kleiner wonen. Bij wijze van afscheid drukt hij Lara een broodrooster in de handen.
Lara is blij met het praktische geschenk maar terwijl ze het toestel inspecteert, sluipen sinistere gedachten haar hoofd binnen. Het lettertype op de zijkant doet haar denken aan geheime CIA-documenten en even later ziet ze de vrouw weer voor haar die een gedwongen abortus onderging. Lara denkt aan brood en hoe stijgende graanprijzen revoluties kunnen ontketenen, en wanneer haar blik afwijkt naar de pepermolen op het aanrecht, vergelijkt ze het molentje met een handgranaat. De naam van het wapen is afgeleid van het Spaanse woord voor granaatappel, met dat verschil dat een granada geen vruchtbare pitjes maar dood en vernieling zaait.
In Verbruikt licht struint Pawson zo door haar veilige woonst. Een vochtplek doet haar aan het geslacht van Thatcher denken, een bezemsteel geeft haar nachtmerries over anale verkrachting in gevangenkampen. Elk stukje huisraad bevat een diepere, donkere laag die Pawson aan het mijmeren zet. Het Brits koloniaal verleden komt vaak aan bod, maar ook onze roemrijke heerschappij over Congo krijgt een schattig hoofdstukje toebedeeld. Wanneer haar wegwerptelefoon rinkelt, moet ze aan de kobaltmijnen denken, en de Congolese mijnwerkers die baby’s verkrachten omdat ze geloven dat seks met een maagd hun overlevingskansen in de mijnen verhoogt.
Met poëtische beschrijvingen lokt Pawson je in de val. Elegante zinnen maskeren de horror achter de dingen, schijnbaar achteloos vertelt ze iets grappigs over een eierwekker en een regel verder serveert ze afgehakte vingers en uitgebrande oogbollen. Wie dit boek binnentreedt, mag alle hoop laten varen. De enige troost: Pawson weet hoe ze de menselijke hel in bloedmooie zinnen kan gieten.